Blijft jouw paard stram en schraal in bespiering? Ben je hard aan het trainen maar worden de rugspieren onder het zadel maar niet voller? Dan heeft dit vaak met het rantsoen te maken. Hoeveel eiwit bevat je ruwvoer? En met wat voor krachtvoer vul je het rantsoen aan? Na controle van het ruw- en krachtvoer rantsoen kan blijken dat het paard onvoldoende bespiering heeft doordat hij/zij niet de nodige eiwitten tot zijn beschikking heeft om spiermassa op te bouwen. Maar wat zijn eiwitten precies en waarom heeft een paard eiwitten zo hard nodig?
Eiwitten bij het paard
Eiwitten zijn de bouwstenen van het lichaam en zijn onmisbaar voor het bindweefsel, het immuunsysteem en bij de aanmaak van hormonen en neurotransmitters. Om het lichaam te herstellen en te vernieuwen zijn eiwitten nodig. Niet alleen de spiercellen worden hersteld maar ook de huid, darmcellen, rode bloedcellen en hormonen. Al deze dagelijkse processen kunnen goed worden gerealiseerd, mits er voldoende eiwitten in het rantsoen aanwezig zijn. Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren. Aminozuren worden tot eiwitten opgebouwd volgens een rangschikking. Deze rangschikking van aminozuren, het aminozuurpatroon, vormt de structuur van eiwitten. Enzymen en zuren breken het patroon van aminozuren af in de darm. De enkelvoudige aminozuren worden opgenomen in de bloedbaan via de dunne darm. Via de lever worden de aminozuren getransporteerd naar de verschillende delen van het lichaam om de lichaamsprocessen te ondersteunen.
Hoe helpen aminozuren bij het opbouwen van spieren?
Aminozuren kunnen verdeeld worden in twee soorten: niet essentiële of enkele aminozuren en essentiële aminozuren. Niet essentiële aminozuren worden door het lichaam zelf aangemaakt. Aminozuren zijn opgebouwd uit stoffen zoals koolstof, zuurstof, waterstof, stikstof en zwavel. De essentiële aminozuren worden uit de voeding gehaald. Veel voedingssoorten zoals gras, luzerne en soja bestaan voor een deel uit eiwit. Ieder eiwit kent zijn eigen soort aminozurenpatroon. Door een uitgebalanceerd voedingspatroon krijgt het paard voldoende eiwitten en verschillende aminozuren binnen. Deze eiwitten en aminozuren kunnen ondersteunen bij het opbouwen van bespiering van je paard. Alle weefsels in het paardenlichaam heeft een eigen uniek aminozurenpatroon nodig. Zo hebben de haren en de hoef van het paard behoefte aan een ander aminozurenpatroon dan de spiervezels. Bij de hoef zorgt het voor hardheid, bij de botten voor de opname van kalk, bij de bloedvaten voor elasticiteit.
Essentiële aminozuren voor je paard;
Alle essentiële aminozuren moet het paard via de voeding binnen krijgen, omdat het paardenlichaam ze niet zelf kan aanmaken. Er zijn negen soorten. Hieronder worden deze weergegeven met de belangrijkste functies:
- Lysine, betrokken bij concentratievermogen, de opname van calcium, de groei van botweefsel, de opbouw van collageen en ondersteuning van het afweersysteem.
- Tryptofaan, betrokken bij de weerstand en stressbeheersing,
- Leucine, betrokken bij groei/herstel spierweefsel, wond- en botgenezing, suikerstofwisseling.
- Valine, groei en herstel van spierweefsel, werking van het zenuwstelsel.
- Isoleucine, betrokken bij opbouw en ontwikkeling van spierweefsel en de energieproductie op celniveau.
- Methionine, betrokken bij gezondheid van huid en haar, tegengaan van vetophopingen in het lichaam, de lever ontgifting, histamineafbraak en als antioxidant.
- Threonine, betrokken bij de hersenstofwisseling, spijsvertering en aanmaak.
- Fenylalanine, betrokken bij stress, pijn en overgewicht.
- Histidine, betrokken bij groei.
Niet essentieel maar toch vaak tekort:
- Glutamine, is niet essentieel maar kan wel degelijk essentieel zijn bij bijvoorbeeld darmproblemen, spierherstel en ondersteuning van het immuunsysteem
- Arginine, is niet essentieel maar kan heel essentieel zijn bij (wond)genezing, vruchtbaarheidsproblemen, of langzame regeneratie na inspanning.
- Tyrosine, is niet essentieel maar betrokken bij spieropbouw
Spieropbouw | Hoe werkt dat precies?
Eiwit wordt in het hele maag-darmkanaal afgebroken tot aminozuren en stikstof. Aminozuren worden echter alleen in de dunne darm opgenomen. De aminozuren die na de dikke darm vrijkomen, kan het paard niet benutten, maar bacteriën benutten ze wel. Bij paarden die actief getraind worden is de aanmaak van spierweefsel essentieel. Tijdens het trainen van je paard worden de spieren belast. Tijdens deze belasting ontstaan kleine scheurtjes in de spiervezels. De kapotte cellen worden vernieuwd en de kleine scheurtjes worden opgevuld door aminozuren en vormen zo nieuw weefsel.
Spieropbouw door training
Bij een onbalans tussen voeding en training kunnen er te veel scheurtjes ontstaan. Bij een tekort aan eiwit in het rantsoen kan het lichaam dan niet voldoende herstellen. Ook wordt er vaak teveel of intensief getraind. Een paard wat iedere dag intensief getraind wordt (een rustige buitenrit of ontspannen longeerwerk niet meegerekend) krijgt niet voldoende tijd om te herstellen. Deze paarden blijven op de bovenlijn en billen soms schraal. Hierbij kunnen eiwitten ondersteunen bij het opbouwen van bespiering van je paard. Dit betekent niet dat we ieder paard maar veel eiwit moeten gaan voeren, dit geeft zeker niet altijd extra waarde, want een groot deel blijft onbruikbaar voor het paard. Ook een goede trainingsopbouw en voldoende rust hebben invloed op de spierontwikkeling van het paard. Voor een gezond paard is een overschot aan eiwit in het rantsoen geen probleem. Nieren scheiden de stikstof uit, waardoor het paard vaker gaat plassen en ook meer behoefte heeft om te drinken.
Eiwitbehoefte
Welke paarden hebben eerder een eiwittekort? En welke paarden hebben gemiddeld meer eiwitten nodig?
Paarden die moeten presteren hebben meer eiwit nodig om spierherstel te ondersteunen. Een paard dat B dressuur geclassificeerd is, kan meer moeite hebben met zijgangen en gedragenheid dan een doorgewinterd Z paard met moeilijkere oefeningen zoals wissels en verzamelde galop. Een paard dat beter getraind is, heeft sterkere spieren en een betere conditie en heeft daardoor een minder lange herstelperiode nodig en zal minder bouwstenen nodig hebben. We kunnen dus stellen dat de behoefte aan eiwit niet afhankelijk is van het niveau maar van de conditie van de spieren. Ook bij paarden die recreatief worden bereden en veel lange afstanden rijden of op zwaarder terrein worden gereden zal de training langzaam moeten worden opgebouwd. Ook deze paarden zullen na verbetering en training van de spiermassa, het werk beter aankunnen.
Welke paarden hebben extra behoefte aan eiwit:
- Paarden die presteren (ongeacht het niveau)
- Dragende en lacterende merries
- Paarden in de opfok
- Dekhengsten
- Paarden die revalideren
Hoge biologische waarde
De waarde van het eiwit in de voeding is afhankelijk van de verteerbaarheid en het aminozurenpatroon. Hoe meer essentiële aminozuren het eiwit bevat, hoe hoger de biologische waarde. Luzerne bevat ongeveer 18-20% ruw eiwit, waarvan 50-60% wordt verteerd. Andere voedermiddelen rijk aan eiwit met een hoge biologische waarde zijn o.a. soja en lijnzaad. Bron: voervergelijk.nl
De juiste voeding
Bij verschillende voedingsfabrikanten en onafhankelijke instituten zijn de afgelopen jaren duizenden ruwvoer analyses uitgevoerd. Hieruit blijkt dat veel ruwvoeders die specifiek voor paarden worden gebruikt, in voederwaarde zijn gedaald. De voederwaarde en het eiwitpercentage van ruwvoer is afhankelijk van de bemesting van het gras, de bodemsoort waar het gras geteeld wordt en de periode waarin het gras wordt geoogst. Voor (paarden) hooi of voordroog kuilgras wordt veel land geoogst dat in het bezit is van particulieren en natuurorganisaties. Dit land wordt in veel gevallen minder goed bemest en bevat minder eiwit dan agrarisch beheerd gras. Voor sobere rassen en paarden die niet sportief worden ingezet is dat geen probleem. Voor paarden die actief worden gereden of bijvoorbeeld in de groei zijn, betekent dit regelmatig dat er een eiwittekort ontstaat. Langstengelig natuurhooi is uiterst rijk aan vezel. Dit is een zeer gunstig gegeven. Helaas bevat natuurhooi ook vaak meer suiker dan gemiddeld. Alleen met een ruwvoer analyse weet je precies wat je geeft aan je paard. Een ruwvoer rantsoen kan aangevuld worden met bijvoorbeeld luzerne. Dit ruwvoer product is rijk aan natuurlijk gevormde vitaminen, mineralen en eiwitten. Luzerne bevat een rijk aminozurenprofiel.
Krachtvoer rantsoen
Naast opwaarderen van het ruwvoer rantsoen is het raadzaam om krachtvoer bij te voeren. Veel basis- en sportbrokken hebben een uitgebalanceerde energieverhouding maar hebben een relatief laag (verteerbaar) eiwitgehalte en bevatten een behoorlijk aandeel belastende stoffen die bestaan uit restproducten uit de voedselindustrie. Hartog heeft in haar assortiment een kruidenbrok met pure granen, luzerne, soja en lijnzaad. De grondstoffen luzerne en soja en lijnzaad bevatten een hoge biologische waarde en hebben een gevarieerd aminozurenpatroon. De ideale ondersteuning tijdens lichte inspanning tot zware prestaties.
Tips voor spieropbouw en extra body
- Ondersteun uw paard met een rantsoen met voldoende goed verteerbare eiwitten en een uitgebalanceerde energie-inhoud. Dit kan helpen bij de opbouw van bespiering van je paard. Combineer bijvoorbeeld de Hartog Lucerne mix met de Hartog Condition.
- Varieer in oefeningen, train minimaal 3 tot 4 maal per week intensief. Wissel deze trainingen af met bijvoorbeeld longeerwerk.
- Geef het paard na een intensieve inspanning minimaal 24 uur rust (wel beweging, zoals weidegang).
- Zorg voor voldoende drinkwater en stimuleer de opname van water door bijvoorbeeld de Hartog Recovery kruidenslobber met extra elektrolyten bij te voeren.
- Start altijd met een warming-up, hierdoor laat je het bloed alvast sneller stromen en worden de spieren opgewarmd
- Eindig met een cooling-down om de spieren langzaam te laten herstellen
- Verstrek voldoende eiwitten/aminozuren, zodat spieren deze bouwstoffen kunnen benutten om de spiercellen te herstellen
Valkuilen
Ruwvoer met meer dan 16% eiwit, komt weinig voor. Paarden die dit aangeboden krijgen, hebben zelden een tekort aan eiwit en essentiële aminozuren. Krijgen deze paarden toch voer met een hoog aandeel eiwit en energie, dan kan dit een negatief effect hebben op de darmflora, ontlasting en kan het stramme spieren geven. De nieren worden bij een te grote eiwit gift meer belast waardoor het paard meer gaat drinken en plassen. Heeft een paard ondanks voldoende eiwitopname onvoldoende bespiering, dan kan er een andere oorzaak ten grondslag liggen aan dit probleem. Denk bijvoorbeeld aan de trainingsmethode en het harnachement.